De Notarisappel was een bekend Nederlands appelras, maar is sinds de zestiger jaren in de vergetelheid geraakt.
Aantal personen: 4.
Bereidingstijd: 50 min.
Dit heb je nodig:
- 200 g rietsuiker
- 250 ml water
- 1 vanillestokje, opengesneden
- 1 kaneelstokje
- 1 steranijs
- 4 Notarisappels
- 75 g ongezouten noten, bijvoorbeeld amandelen, hazelnoten en pecannoten
Zo ga je te werk:
- Los de suiker op laag vuur in 250 ml water op.
- Schraap met de punt van een scherp mes het merg uit het vanillestokje.
- Voeg het merg, het vanillestokje, het kaneelstokje en de steranijs toe aan de siroop.
- Laat de siroop tot een kwart inkoken.
- Neem de pan van het vuur en laat de siroop met de specerijen vijftien minuten trekken.
- Verwarm de oven voor tot 200 graden.
- Verwijder met een appelboor de klokhuizen van de Notarisappels.
- Zet de appels in een braadslede of lage ovenschaal.
- Neem de specerijen uit de siroop en voeg de noten toe.
- Schep de notensiroop in en rond de appels.
- Bak de appels in de voorverwarmde oven 20-25 minuten, tot ze zacht beginnen te worden maar nog steeds stevig zijn.
- Serveer met lobbig geklopte, ongezoete slagroom.