Een typisch herfstrecept met rode kool en appel.
Aantal personen: 4.
Bereidingstijd: 50 min.
Dit heb je nodig:
- 1 kleine rodekool of een halve grote
- 1 el balsamicoazijn
- naar smaak zout
- 500 g kruimige aardappelen
- 2 zure appels
- 2 zoete appels
- 4 runderworstjes
- scheutje volle melk
- klontje boterĀ
- naar smaak versgemalen peper
- 2 el gebakken uitjes
Zo ga je te werk:
- Maak de rodekool schoon, snijd hem fijn en verwijder de witte nerven.
- Zet een pan water op met de azijn en een snufje zout.
- Schil de aardappels en doe ze in een pan.
- Schil ook de appels, verwijder de klokhuizen en de schil en snijd ze in grove stukken.
- Doe ze bij de aardappels in de pan, voeg zout naar smaak toe en laat het geheel ongeveer twintig minuten koken.
- Als het azijnwater kookt, voeg dan de rodekool toe en kook de kool ongeveer zeven minuten.
- Zo blijft de kool een lekkere beet houden.
- Hou je meer van zachte kool, kook hem dan wat langer.
- Laat een grill- of koekenpan heet worden.
- Snijd de worstjes in de lengte voor de helft in en bak ze aan beide kanten vier minuten.
- Giet de rodekool af en strooi er wat versgemalen zwarte peper over.
- Giet de aardappels af, voeg een klontje boter en een scheutje melk toe en maak er een grove puree van door drie of vier keer met de stamper te stampen.
- Meng de rodekool en de uitjes door de puree en serveer het geheel met de gegrilde runderworstjes.